Omgaan met moeilijk/ongewenst gedrag in groep/thuis

 265,00

Durft u met ons het paradigma aan, durft u achter het ongewenst gedrag samen met het kind/de jongere uit te zoeken welke talenten en kwaliteiten hij nodig heeft om dit gedrag in te zetten? Zodat hij vervolgens op basis van deze kennis andere keuzes kan maken. Straffen en belonen behoren niet tot onze aanpak en maakt geen onderdeel uit van deze training. Let op!

  • Daar waar over leerling wordt gesproken, wordt er ook kind of cliënt bedoeld.
  • Daar waar over leerkracht wordt gesproken, wordt ook ouder of begeleider bedoeld.
  • Daar waar over klas wordt gesproken, wordt ook de thuissituatie, werksituatie etc. bedoeld.
StiBCO pijl

Beschrijving

24“Ik accepteer dat niet van je” of “Ik accepteer jou niet”?

Durft u met ons het paradigma aan, durft u achter het ongewenst gedrag samen met het kind/de jongere uit te zoeken welke talenten en kwaliteiten hij nodig heeft om dit gedrag in te zetten? Zodat hij vervolgens op basis van deze kennis andere keuzes kan maken. Straffen en belonen behoren niet tot onze aanpak en maakt geen onderdeel uit van deze training. De thema’s van de training

  1. Wie is de eigenaar van het probleem?
  2. Veilige omgeving creëren voor alle actoren.
  3. Wat is de werkelijke hulpvraag van het kind/de jongere en wat is de ondersteuningsvraag van de leerkracht/ouder/begeleider?
  4. De talenten zoeken achter het ongewenst gedrag om het kind/de jongere een andere keuze te laten maken.
  5. Professionaliteit en collegialiteit, hoe geef ik dat handen en voeten? Zonder de collega’s lossen we de dagdagelijkse gedragsuitdagingen niet op!
  6. Collegiale consultatie als middel om van elkaar te leren en elkaar te ondersteunen in het vinden van oplossingen
  7. Observeren van het kind/de jongere, analyses maken, hypotheses stellen en komen tot een aanpak
  8. Handelingsgericht werken, we moeten de oplossingen vinden met de leerling in zijn context
  9. Wat heeft deze aanpak voor gevolg voor de leerlingbesprekingen / kindbesprekingen
  10. Literatuuronderzoek.
  11. Hoe gaan wij om met leerlingen/cliënten die volgens ons negatief/moeilijk/ongewenst gedrag vertonen (huidige situatie versus ideale situatie)? Wat doen we met de leerling die steeds een laag cijfer haalt, of die een syndroom heeft, of steeds door je uitleg praat?
  12. Welke emoties en gevoelens maakt het gedrag van de leerling bij ons los?
  13. Literatuur onderzoek, ons de kennis eigen maken welke problemen, stoornissen, syndromen etc. onze leerlingen met zich meedragen en de gevolgen daarvan voor ons handelen en vooral welke aanknopingspunten zijn er om bij aan te sluiten.
  14. De sociaal- emotionele ontwikkeling (SEO) bepaalt mede de aanpak, we moeten kennis hebben wat er in onze leerlingen omgaat als ze groeien van 12 jarige basisschoolleerling naar een verantwoordelijke 21 jarige.
  15. Observaties maken om boven het overtuigingenniveau en signaleringsniveau te komen.
  16. Analyseren van (eigen) video opnames van de verschillende situaties waar de gedragingen zich voor doen.
  17. Zorgvuldige analyses maken en komen tot het formuleren van verifieerbare hypotheses
  18. Hoe maken we de leerling eigenaar van zijn eigen probleem? Hoe krijgen we commitment met de leerling m.b.t. zijn eigen plan van aanpak of handelingsplan?
  19. Hoe werken we vanuit een multi-risicomodel? (schijf van 5)
  20. Verschil tussen een plan van aanpak en een handelingsplan.
  21. Het schrijven van een handelingsgericht handelingsplan of begeleidingsplan.
  22. Motivatie en zelfvertrouwen een belangrijk element van gewenst gedrag.
  23. Zorgvuldige interactie wijze (Mediatie).
  24. Gesprekstechnieken t.b.v. de reflectiegesprekken met leerlingen/cliënten en hoe gesprekken met ouders te voeren.
  25. Hoe onze begeleidings- en coaching gesprekken te voeren zonder de oplossingen voor de leerlingen/cliënten aan te dragen?
  26. Gevolgen voor de structuur van de leerlingbesprekingen en het leerlingvolgsysteem
  27. Hoe om te gaan met de school/klasse/vak regels en welke regels hanteren we waarom?
  28. Zien we het geven van sancties als een adequate oplossing? Gevolgen van het werken met sancties en beloningen.
  29. Verschillende syndromen, stoornissen en ziektebeelden.
  30. Zorgdragen voor een veilige omgeving voor de leerling, noodzakelijk voor een veranderingsproces.
  31. Wat zijn de verschillende elementen van het moeilijk / negatief / ongewenst gedrag / handelen: de leerling/het kind √ normen en waarden √ zelfbeeld √ aanwezige vaardigheden √ in de persoon gelegen factor (stoornis, ziekte, syndroom) √ manier van leren, de leerdynamiek √ het natuurlijk netwerk en het professionele netwerk √ de wensen en reële perspectieven (waaronder de lesstof) √ krachten en kwaliteit √ (zelf)reflectievermogen √ …….. de leerkracht/de opvoeder √ mens- opvoedings- en onderwijsvisie √ normen en waarden √ zelfbeeld en voorbeeldfunctie “model staan” √ didactische en pedagogische vaardigheden √ manier van lesgeven/opvoeden √ wijze van belonen en straffen √ observatievermogen √ analyserend vermogen en de kracht van de hypothese kunnen/durven te stellen √ zelfreflectievermogen en het vermogen om anderen te laten reflecteren √ …….. de (school)omgeving (waaronder de leerstof en ontwikkeldoelen) √ onderwijskundige visie/opvoedingsvisie √ doel van het onderwijs/doel van de opvoeding √ organisatiestructuur/zorgstructuur √ collegialiteit/samenwerking √ stijl van leiding geven √ schoolregels √ wijze waarop de leerlingbesprekingen verlopen √ intakeprocedure √ gebouw en faciliteiten √ wet- en regelgeving √ lesmethodes √ sociale kaart √ ……..

Het model “planmatig handelen” als hulpmiddel om op een systematische manier problemen met leerlingen aan te pakken: stap 1: welke leerling trekt mijn aandacht? stap 2: leerling in kaart brengen d.m.v. zorgvuldige observatie (video etc.), stap 3: gebruik maken van een multi-risicomodel; het vliegwiel/schijf van 5, stap 4: gesprekken met collega’s, deskundigen, ouders en de leerling/cliënt stap 5: analyseren en verifieerbare hypothese stellen, stap 6: beïnvloedbare factoren als doelstellingen formuleren, stap 7: doelen in handelingsplannen omzetten, stap 8: effecten analyseren en evalueren (videoanalyse). Inzet van de training We gaan heel kritisch kijken naar onszelf, de leerlingen, de cliënten, de collega’s en de eigen organisatie door:. het maken van de analyse van het gedrag van de jongere/het kind vanuit de structuur van de schijf van 5), het doen van objectieve observaties en het zorgvuldig stellen van hypotheses, het communiceren op basis van een gedegen analyse en hypothese, i.p.v. het communiceren over leerlingen/cliënten op basis van emoties. We komen uit boven het signaleringsniveau!! Hierboven genoemde inhouden fungeren als leidraad. Al deze inhouden zullen worden opgehangen aan casussen van de deelnemers. De eigen praktijk is het uitgangspunt van de training. Het doel is om voortdurend aan te sluiten bij de deelnemers en de ontwikkelingen die de individuele docenten meemaken. Het inbrengen van casussen krijgt hierdoor een verplichtend karakter. Kortom de eigen inbreng van de deelnemers is van groot belang: wat definiëren wijzelf als hetgeen we willen leren? Verder zal er tijdens de training ook gekeken worden naar wat de training kan betekenen voor de begeleidingsgesprekken met de kinderen/leerlingen. Er wordt vóór aanvang van de scholing een inventarisatieformulier ingevuld. Deze vragenlijst inventariseert de ideeën die we hebben over gedrag en daarin kunnen ook de gevoelens meegenomen waardoor een betere aansluiting van de training mogelijk is. Van belang is dat de cursist 1 of 2 kinderen/jongeren kiest en deze de gehele training blijft volgen. Het moeten leerlingen/cliënten zijn die hem/haar op een of andere manier op het gebied van motivatie, zelfvertrouwen, houding, inzet, gedrag of cognitief raken.

Inhoud training

Inhouden

  1. Hoe gaan wij om met leerlingen/cliënten die volgens ons negatief/moeilijk/ ongewenst gedrag vertonen (huidige situatie versus ideale situatie)? Wat doen we bijvoorbeeld met de leerling die steeds een laag cijfer haalt, of die een syndroom heeft, of steeds door je uitleg praat?
  2. Welke emoties en gevoelens maakt het gedrag van de leerling/cliënt bij ons los?
  3. Literatuuronderzoek, ons de kennis eigen maken over welke problemen, stoornissen, syndromen etc. onze leerlingen met zich meedragen en de gevolgen daarvan voor ons handelen en vooral welke aanknopingspunten er zijn om bij hen aan te sluiten.
  4. De sociaal- emotionele ontwikkeling (SEO) bepaalt mede de aanpak. We moeten kennis hebben wat er in onze leerlingen omgaat als ze groeien van een 6-jarige basisschoolleerling naar een verantwoordelijke 18 jarige.
  5. Observaties maken om boven het overtuigingenniveau en signaleringsniveau te komen.
  6. Analyseren van (eigen) video opnames van de verschillende situaties waar de gedragingen zich voor doen.
  7. Zorgvuldige analyses maken en komen tot het formuleren van verifieerbare
  8. Hoe maken we de leerling/cliënt eigenaar van zijn eigen probleem?
  9. Hoe krijgen we commitment met de leerling m.b.t. zijn eigen plan van aanpak of handelingsplan?
  10. Hoe werken we vanuit een multi-risicomodel? (schijf van 5)
  11. Verschil tussen een plan van aanpak en een handelingsplan.
  12. Het schrijven van een handelingsgericht handelingsplan of begeleidingsplan.
  13. Motivatie en zelfvertrouwen; belangrijke elementen van gewenst gedrag.
  14. Zorgvuldige interactiewijze (Mediatie).
  15. Gesprekstechniekenb.v. de reflectiegesprekken met cliënten/leerlingen en hoe gesprekken met ouders te voeren.
  16. Hoe onze begeleidings- en coachingsgesprekken te voeren zonder de oplossingen voor de leerlingen/cliënten aan te dragen?
  17. Gevolgen voor de structuur van de cliënt/leerlingbesprekingen en het leerlingvolgsysteem/ontwikkelplan en de overdracht.
  18. Hoe om te gaan met de regels plus welke regels hanteren we en waarom?
  19. Zien we het geven van sancties als een adequate oplossing? Gevolgen van het werken met sancties en beloningen.
  20. Verschillende syndromen, stoornissen en
  21. Zorg dragen voor een veilige omgeving voor de leerling/cliënt, noodzakelijk voor een veranderingsproces.
  22. Wat zijn de verschillende elementen van het moeilijk/negatief/ongewenst gedrag/handelen?

Praktische informatie

Data training:  7 februari, 14 maart en 16 mei 2025
Trainingsdag: Vrijdag
Tijdstip: 09:30 – 15:00 uur
Prijs: € 265,– inclusief reader en opdrachten
Trainingslocatie: Evertshuis, Julianastraat 4, 2411 CV Bodegraven
Certificaat: bij 80% aanwezigheid en uitvoering van de (huiswerk)opdrachten
Trainer: Emiel van Doorn

Trainer

Emiel van Doorn Praktijkmens+een stevig theoretisch onderbouwd. Ik begeleid mensen met ontwikkelingsachterstand/voorsprong, die onvoldoende cognitief+sociaal uitgedaagd worden. Emiel van Doorn, MISC-trainer, IVP trainer, ontwikkelaar van het concept Mediërend Leren en als docent verbonden aan het Seminarium voor Orthopedagogiek www.stibco.nl